Uitgebreide fotoreportage NK Judo u18 2019 Almelo
Foto’s gemaakt door Marco Krachten.
Bekijk de volledige reportage HIER
Uitgebreide fotoreportage NK Judo u18 2019 Almelo
Foto’s gemaakt door Marco Krachten.
Bekijk de volledige reportage HIER
Door: Daniël Sabanovic
Afgelopen maand was het NK Karate voor Senioren Individueel en Teams. Ik heb dit toernooi gebruikt om (definitief) afscheid te nemen als actief wedstrijdsporter en heb dat in stijl mogen doen zoals Peter Wetzer reeds mooi heeft beschreven in zijn bericht op 18 maart j.l.
Naast de vele felicitaties die ik heb ontvangen, uiteraard iedereen bedankt daarvoor, ging er al vrij snel een post via de sociale media met daarin een lijst van alle behaalde titels/medailles en in navolging daarvan kreeg de vraag: “Welke titel is je mooiste?” En alhoewel op papier de Wereldtitel van 2000 het
meest logische antwoord lijkt, is er eerlijk gezegd niet ‘1 mooiste titel’. Elke titel en zelfs elke medaile heeft een verhaal, een achtergrond en het leek mij een leuk idee, en qua timing een perfect moment, om meer van mijzelf aan jullie bloot te stellen. De titels en medailles is slechts de top van de ijsberg. De titel voor dit bericht heb ik overigens uit een van mijn favoriete games ooit; Final Fantasy X 😉
In december 1991, op 12-jarige leeftijd, ben ik begonnen met trainen en al vrij snel begon ik een liefde te ontwikkelen voor het wedstrijdonderdeel ‘kumite’ en trainde bij Van Hellemond Sport in Hilversum o.a. regelmatig met Anthony Boelbaai (voormalig bondscoach) en Anthony Leito (Wereldtopper). In maart
1992 tijdens mijn eerste NK jeugd behaalde ik direct brons en het jaar erop mijn eerste Nederlandse titel. Tussen 1995 en 1997 maakte ik een behoorlijke groeispurt (28cm!) waar ik in 1996 nog niet zo’n last van had (onfortuinlijk 5e plek op EK maar een mooie Bronzen Medaille op het WK voor 16-17 jarigen), echter in de tweede helft van 1996 en eerste helft van 1997 verkeerde ik in een ‘vormdip’ (werd slechts derde op NK en verloor direct in eerste ronde van het EK voor 16-17 jarigen), ermee stoppen was toen mijn eerste gedachte. De ‘opleving’ kwam (toch wel) onverwachts in juni 1997; een telefoontje van René Oerlemans (coach Kenamju Haarlem) of ik in zijn Team wilde meedoen tijdens EK voor
clubteams! (ik was toen nog 17, dus er moest dispensatie worden geregeld) Het bleek het begin van veel mooie resultaten; we werden met het Team 3e van Europa en ik heb die dag mooie partijen mogen draaien tegen enkele Toppers van de sport uit die tijd. In 1998 behaalde ik mijn eerste individuele EK medaille; Brons op het EK voor 18-20 jaar en ik 1999 mijn eerste EK titel! In 1999 behaalde ik ook mijn eerst senioren succes; 2x brons op het EK (zowel individueel als met het Nederlandse Team). Mijn juniorentijd heb ik mogen afsluiten met een Wereldtitel in 1999 en een prolongatie van mijn Europese titel in 2000.
2000 bleek een bepalend jaar te zijn, zowel privé als sportief. Ondanks mijn (niet optimale thuissituatie op dat moment), wist ik alsnog brons te behalen tijdens het EK. De zomer van 2000 stond in het teken van het kopen, verbouwen en inrichten van onze woning en alles wat daarbij komt kijken. In die periode
heb ik serieus overwogen helemaal met de sport te stoppen. Echter door de motivatie en steun van mijn (huidige) vrouw Mariola heb ik doorgezet, ben gewisseld van Club naar Kenamju in Haarlem en in oktober 2000 behaalde ik de Wereldtitel! (tot op de dag van vandaag nog steeds de laatste Nederlandse
Wereldkampioen senioren WKF Karate). Leuk detail is dat ik na die finale Mariola ten huwelijk heb gevraagd en op 16 juni 2001 was ‘de dag’.
De EK 2001 was er een van gemengde emoties. Op vrijdag met het Team reikten we tot de halve finales tegen Spanje. En deze hadden we MOETEN winnen, maar (door scheidsrechterlijke dwaling) mocht het niet zo zijn. De strijd om het brons tegen Engeland kwam te kort op de teleurstelling met een 5e plek als resultaat. Op Zaterdag kwam ik uit in de Open klasse en dat ging eigenlijk super goed. In de halve finale kwam ik uit tegen de regerend Europees Kampioen, Stojadinov uit Servië, en na een zinderende en harde strijd won ik die partij. De finale (tegen Felix uit FRA) verloor ik terecht. Zondag in mijn eigen gewichtsklasse ging het wederom super. En o.a. via mijn Franse rivaal Baillon bereikte ik wederom de
finale. De Spaanse grootheid Herrero was hierin mijn tegenstander en het kwam tot de Golden Score verlenging. In een aanval waarin mijn tegenstanders zelfs toegaf mocht ik helaas geen score ontvangen en uiteindelijk verloor ik deze finale. En ondanks dat Zilver op een EK echt wel mooi is, heb ik nog steeds het gevoel dat ik daar mijn eerste senioren EK titel verloren heb.
In 2002 raakte ik tijdens het EK geblesseerd op zaterdag (ingescheurde achterste kruisband rechterknie) en wonder boven wonder (en door goede verzorging en een portie doorzettingsvermogen) bereikte ik op zondag alsnog de finale in mijn gewichtsklasse. In wellicht mijn slechtste finalepartij ooit, verloor ik die van Muhovic uit BiH, maar uiteindelijk was Zilver wel positief. De revalidatie na dat EK verliep redelijk voorspoedig en tijdens het WK 2002 (waar ik inmiddels ook als assistent bondscoach acteerde) was ik alweer wedstrijdfit. Ik bereikte wederom de finale en wederom tegen Baillon (FRA), maar dit keer kwam ik als verliezer uit die strijd en mocht ik weer Zilver toevoegen aan ‘de lijst’.
In 2003 was ik ‘gepromoveerd’ tot bondscoach en tijdens het EK was ik gebrand en eerlijk gezegd vnl. gericht op mijn rivaal, Baillon (ik had enkele weken ervoor de finale van de Italian Open van hem verloren). Ik trof hem in de kwart finale en dit was echt een spectaculaire pot waarin we elkaar echt, op sportief vlak, tot het uiterste dreven. Ik won die partij en de ontlading – na die finalewaardige partij – bleek te groot. De halve Finale verloor ik op beslissing van Zivkovic uit Servië, die de verrassing van de dag bleek door de titel te pakken. Uiteindelijk wist ik nog wel Brons ‘binnen te harken’.
Eind 2003 (29 november om precies te zijn), werd Lisa geboren en dit ging mede met de nodige slaapgebrek ;). Echter tijdens het EK 2004 voltrok zich een geweldig scenario; in Moskou tegen Eldarouchev uit Rusland behaalde ik dan eindelijk mijn eerste Europese senioren Titel! Ik weet nog heel goed dat Lisa (toen 6 maanden oud) op Mariola haar schoot lag te slapen tijdens die finale.
Als regerend Europees Kampioen en als finalist van de afgelopen 2 WK’s ga je maar voor 1 ding naar het WK; GOUD! En alles verliep volgens plan met wederom een finaleplek. Echter bleek Celik uit TUR een brug te ver die dag (ik heb zijn naam nog niet eerder genoemd in dit verhaal, maar een andere
grootheid in de halfzwaargewicht klasse. Zie ons; Sabanovic-Celik-Baillon ongeveer als de Ali-Frasier-Foreman van onze klasse in die periode. De #1, #2 & #3 van de All Time WKF Ranking Kumite Heren tot 80kg.) En alhoewel de teleurstelling op dat moment heel groot was, maakte dat gevoel later plaats
voor tevredenheid. Ander ‘detail’ is dat dit de succesvolste EK sinds jaren waren voor Nederland en de succesvolste voor mij als bondscoach met 3 medailles; mijn zilver EN zowel zilver als brons voor Vanesca Nortan (Dames +60kg en Dames Open Klasse)
Ik heb altijd gezegd; “kampioen worden is leuk, maar kampioen blijven dat is uniek.” En zo geschiedde het in 2005. Op Tenerife begon het echter zeker niet volgens plan. In de eerste ronde kreeg ik een goede ‘pofferd’ op mijn onderlip met een flinke snee als gevolg. Het nadeel; het wilde maar niet stoppen met bloeden en ik herinner het me nog als de dag van gisteren dat de scheidsrechter overlegde met de arts en het woord “Kiken” viel (= overgave). Met al mijn overtuiging schudde en zei ik “NOOOOO!”. De arts kwam terug met een vinger vol met vaseline en die ging over de snee en gelukkig mocht ik door.
Via o.a. mijn ‘nieuwe Franse rivaal’ Cacheux bereikte ik de finale en daarin wachtte de Engelsman Pack.
Wij hadden al enkele malen tegen elkaar gestreden, ook in onze junioren tijd, en alhoewel ik nog niet van hem had verloren was hij zeker uitgegroeid tot een topper in de tot 80kg klasse. Het gevaar in deze ontmoeting is dat het wachten was op die keer dat hij van mij zou gaan winnen…maar het zou niet deze
finale zijn 😉 – voor de volledigheid; tijdens de Dutch Open 2006 zou ik wel van hem verliezen.
Tijdens dit EK draaide ik ook de Open Klasse en na een winst in de eerste ronde tegen de Russische geweldenaar Guerunov (o.a. wereldkampioen +80kg 2004), verloor ik helaas van onze zuiderbuur Vandeschrick die uiteindelijk het brons zou winnen.
De EK 2005 zouden de succesvolste EK zijn sinds 1979 voor Nederland en de succesvolste voor mij als bondscoach met 4 medailles; mijn goud, goud voor Vanesca Nortan (Dames Open Klasse), goud voor Timothy Petersen (Heren -75kg) en zilver voor Geoffrey Berens (Heren -60kg)
2006 beloofde een ‘heel bijzonder’ jaar te worden. Na het succes van het EK van 2005 leek een de terugkeer van ‘Hollands Glorie’ een kwestie van tijd, echter bleek de EK van 2006 een harde les in ‘van Hero to Zero’ te worden. Direct verlies in de eerste ronde, en ook echt door slecht spel, was het resultaat. Maar ook bleven de successen van andere individuele Nederlandse karateka’s uit en zo
dreigde alle succes van een jaar eerder in de vergetelheid te raken. Dag 2 mocht ik opdraven voor de Open Klasse, maar ook daar kwam ik niet verder dan een schamele 9e plek. En toen was daar de afsluitende dag van de Team wedstrijden; we gingen erin met een “we hebben toch niets te verliezen” mentaliteit en het resultaat mocht er zijn: BRONS! ‘Mijn’ eerste Team medaille als bondscoach en weer de eerste sinds 1999. De strijd om het brons was een bikkelharde strijd tegen Frankrijk waarin we echt vochten als leeuwen en na winst (waren de volledige 5 partijen voor nodig) stonden we te janken als een stel kinderen 😉
En zo eindigde het EK 2006 ‘bitterzoet’, maar was het voor mij persoonlijk vooral een EK waar ik het nog lang moeilijk mee hebt gehad. Lange tijd heeft Twijfel bij mij de overhand gehad over Zelfvertrouwen en dat lijkt niet een optimale basis voor de voorbereiding op de opkomende WK.
De WK 2006 in Finland (wat mijn laatste WK zouden worden) bleek weer een golf van emoties. We beginnen positief, tijdens de Open Klasse bereikte ik de finale na enkele zwaarbevochten partijen tegen hoofdzakelijk zwaargewichten (zelfs een boomlange 2meter+ Noor). De tank was leeg en dat bleek duidelijk in de finale die ik vrij kansloos verlies van de Italiaan Maniscalco. Ik kon er niet te lang bij stilstaan, want de volgende dag stond de -80 op het programma en ik was in de eerste ronde direct geloot tegen de Fransman Cossou, een zeer gevaarlijke tegenstander waar ik nog niet van had gewonnen (wel verloren). De partij verliep supergoed en ik zou in een bloedvorm verkeren! Helaas bleek Luigi Busa in mijn Waterloo (al blijf ik tot op de dag van vandaag erbij dat de score waar hij de partij mee won niet voor hem was maar voor mij) en hij zou later die dag de nieuwe Wereldkampioen worden. Ik heb mijzelf na die verliespartij helaas niet kunnen herpakken om terug te keren naar mijn ‘beginniveau’ waardoor ik genoegen moest nemen met een 7e plek. Maar oh oh oh, als ik OOIT nog 1x
Wereldkampioen had moeten/mogen worden…. Wat zou het toch mooi zijn geweest.
2007 slaan we even over….. (je raadt het wellicht al, verliep teleurstellend)
Om aan te belanden bij de EK van 2008, mijn laatste internationale ‘eindtoernooi’, al wist ik dat toen overigens nog niet. Mijn laatste, toch ook wel zwaarbevochten, Bronzen EK Medaille in de Open Klasse ging o.a. via verlies in de halve finale tegen dé Aghayev (AZE) en winst op Mahalla (SUI) om brons.
Na een periode van afwezigheid (van 7,5 jaar) besloot in december 2015 weer contact te zoeken met René Oerlemans en zo ging de bal weer rollen en het bloed toch weer een beetje kruipen. Heb nog 4 NK’s gedraaid (2x brons, 1x zilver en dus afgelopen maand 1x goud) en bij alle 4 ook goud met het Heren Team. Ben inmiddels weer een jaar lang actief als bondstrainer (vnl. voor de cadetten & junioren) en probeer daarnaast mijn steen bij te dragen door kleinschalige training en begeleiding van atleten die naast club- & bondstrainingen en begeleiding op zoek zijn naar aanvulling daarvan.
Terwijl ik dit schrijf en nalees besef ik mij dat ik nog steeds niet heb kunnen kiezen… welke is de mooiste. Natuurlijk! De Wereldtitel van 2000, maar die is eigenlijk meer bijzonder (geworden) omdat het nog steeds de laatste is. De Europese titel van 2004… EINDELIJK! Of toch die eerste Europese titel
voor junioren, de start van een rivaliteit tussen 2 van de ‘grootsten’ van hun tijd. Ik kan niet kiezen, jij?
Beste judoka,
In de bijlage vindt u een pdf bestand van een korte verhandeling over de judosport in Nederland.
Hieronder ook een link waarmee u dit schrijven in een digitaal eenvoudig te lezen format kunt bekijken.
Het PDF-bestand in de bijlage kunt u openen en eventueel opslaan of afdrukken. Het bestand via onderstaande link kan alleen on-line worden gelezen en niet worden gedownload.
https://issuu.com/planbhaarlem/docs/boekje_inter
Wanneer u dit bericht eventueel wil doorsturen aan andere betrokkenen of geïnteresseerden dan staat u dit vrij om te doen.
De deelnemers aan de workshop van de NVJJL op zondag 14 april zullen deze verhandeling ook in druk krijgen aangeboden.
Mocht u willen reageren dan kan dat per mail of via 06-15007280
Met vriendelijke groet,
Robbert van der Geest
Voor een uitgebreide fotoreportage van de “Kiloknallers” Kenamju 2019 klik HIER
Door: Daniël Sabanovic; gastblogger en o.a. Wereldkampioen karate, bondscoach KBN.
Het is eigenlijk best grappig, maar tijdens een opruimactie thuis, kwam er een brief van de
Karate-do Bond Nederland (KBN) naar boven met de mededeling dat ik vanaf januari 2003
officiëel bondscoach- & trainer ben. Dit gaf mij het idee voor de titel van dit artikel/blog.
Met die gedachte gaf ik in medio 2002 een presentatie aan de toenmalige voorzitter van de
KBN – Mevr. M. Daussy – waarin ik aangaf waarom het ‘anders moest’ (zonder in te gaan op
details) en stelde haar voor om zelf de bondstrainingen te gaan verzorgen. Uiteraard zorgde dit
voor de nodige stilte, want nog nooit kwam het voor dat een actief wedstrijdsporter zelf
bondstrainer of bondscoach was. Zij stond er echter voor open en stelde voor dezelfde
presentatie te geven aan de toenmalige bondscoach; Dhr. W. Muilwijk.
Zo gezegd zo gedaan, en even later zaten we met z’n allen aan tafel en ik herinner mij de
reactie van Dhr. Muilwijk, na de presentatie, nog goed: “Dit had ook maar van één persoon af
kunnen (en mogen) komen.” Vanaf dat moment ging ik als assistent bondcoach door het leven
waarin ik de trainingen actief verzorgde (zelf dus ook meetrainde) onder toezicht van Dhr.
Muilwijk die uiteraard de coaching/begeleiding op zich nam tijdens de trainingen, immers moest
hij dat tijdens de wedstrijden ook doen. Dit werkte in de praktijk erg goed, althans zo heb ik het
ervaren 😉
Moraal van het verhaal is dat zowel Mevr. Daussy als Dhr. Muilwijk open stonden voor
verandering en niet de (vanzelfsprekende) bezwaren de overhand lieten nemen op de
(mogelijke) kansen die gepresenteerd werden, zonder enige garantie op succes. Om de lijn van
het verhaal iets door te trekken: vanaf januari 2003 werd ik officiëel bondstrainer-/coach en de
prestaties vertoonden een stijgende lijn met als klapstuk het Europees Kampioenschap 2005 in
Tenerife; 3x Goud (Timothy Petersen, Vanesca Nortan en ikzelf), 1x Zilver (Geoffrey Berens) en
1 5e plek (Bobby LeFèbre) – de succesvolste EK sinds 1979 (de 70’er jaren worden beschouwd
als het Gouden Tijdperk voor het Nederlandse Karate) een collectieve prestatie waar ik nog
steeds erg trots op ben!
Vandaag de dag neemt het Nederlandse Karate, helaas, een minder prominente rol in op het
wereldpodium, echter zie ik nog steeds kansen; zowel op lange termijn als op korte termijn. Dus
met dezelfde visie, eenzelfde gedachte (zie titel), waarschijnlijk dezelfde ‘stiltereactie’, maar met
overtuigend geloof heb ik deze week een voorstel gedaan aan het bestuur van de KBN. NEE,
het is NIET een herhaling van het verleden, maar er is goed nieuws: het vraagt (in principe)
geen extra budget! Jullie raden het al, ik kan er (op dit moment) niet meer over
vertellen/schrijven, maar ik hoop binnenkort erop terug te kunnen komen 😉
Uitslagen:
Uitslag eerste klasse
1. Judo Topsport Noord-Oost 2
2. Mattekloppers/Veendam
3. Kenamju
Hoofddklasse:
1. Judo Topsport Noord-Oost 1
2. Theo Meijer Sport
3. Judo Yushi
Deze kop stond boven een artikel van Iwan Tol in de Volkskrant van 26 september.
Het deed mij terugdenken aan de Wereldkampioenschappen Judo in Boedapest: geen goede prestaties en een ploeterende en foeterende Maarten Arens.
Vooropgesteld: Maarten Arens treft geen blaam!
De sterke achteruitgang van de prestaties is namelijk omgekeerd evenredig aan de kop van deze column.
Een kort historisch overzicht.
In de jaren ’80 en ’90 van de vorige eeuw kende Nederland een aantal zeer sterke judoclubs met coaches die ‘er alles voor over hadden om een sterke club te hebben en om van elkaar te winnen’.
Mahorokan met coach Koos Henneveld, Budokai Rijnmond met coach Chris de Korte, Sportschool Boersma met sensei Wim Boersma, Sport Instituut Ooms met coach Peter Ooms, Ken Am Ju met coach Cor van der Geest, Hikari met wisselende coaches, Judokwai Nijmegen met coach Cor van der Pool en Judo Ryu Nijmegen met ondergetekende als coach. En steeds waren er wel weer opkomende clubs die voor verrassingen zorgden.
Naast haast onuitputtelijke energie staken de genoemde coaches ook nog eens veel geld in hun clubs om aan de gestelde doelen te voldoen.
De nationale trainingen waren in die tijd additioneel aan de clubs en onder leiding van de bondscoach werden er ook vele internationale trainingsstages gemaakt.
Met een zeer beperkt budget, maximaal 250.000 gulden (!) tezamen voor dames en heren, werden goede resultaten behaald op de internationale toernooien.
Die resultaten werden behaald,
Onlangs mocht ik spreken met een van die ‘oude’ coaches; we dronken cappuccino (hij) en koffie (ik). Destijds hebben onze judoka veel onderlinge kampen uitgevochten, individueel en als team. Voor de wedstrijd keurden we elkaar geen blik waardig, de tribunes zaten afgeladen vol, verdeeld in verschillende kampen, de spanning was te snijden en een uur na de wedstrijd waren we ons alweer aan het voorbereiden op de volgende confrontatie.
Ja er was vaak onrust in de gelederen van de JBN, maar er werd gepresteerd. (Onlangs sprak ik een CEO van een multinational, hij zei: “als er rust is in het bedrijf dan ben ik meteen alert”…..Ook sprak ik eens met een belangrijke man uit Zuid Nederland: “jou moeten we niet hebben in het bondsbestuur, want jij brengt onrust”.)
Nostalgie? In maart van dit jaar was ik te gast bij de judokampioenschappen van Tokyo in de Budokan hal; dezelfde sfeer daar als in de jaren van Henneveld, de Korte, Boersma, Ooms, van der Geest, van der Pool en Visser. Spanning, concentratie en vlijmscherpe concurrentie!
Opvallend in Tokyo: Suzuki en Inue, nationale coaches, waren nu gewoon clubcoach voor Kokushikan daigaku en Tokai daigaku.
Rondom 2000 koos de Judo Bond Nederland voor een andere strategie en uiteindelijk bleven er twee clubs over Ken Am Ju (waar de heren werden gecentraliseerd) en Budokai Rijnmond (waar de dames werden gecentraliseerd).
Onbewust, of zou het toch bewust zijn geweest, werd de concurrentie ‘weg georganiseerd’.
Even later toen de JBN, onder leiding van voorzitter Jos Hell, in zwaar financieel en organisatorisch weer terecht was gekomen is ‘de zaak verkocht’ aan het NOC*NSF en daardoor werd de concurrentie tussen de clubs volledig ‘vermoord’. (Zie een van mijn eerder hier verschenen columns.)
En nu is ‘Leiden in last’.
(Onlangs werd ik gevraagd om te pogen om een Japanse topjudoka van heden voor een stage naar Europa te halen. Zijn clubcoach, Sinshi Hosokawa van de Tenri Universiteit, bepaalde dat het niet ging plaatsvinden, ongeacht wat de Japanse Judo Bond ervan zou vinden. Dit geeft ook aan hoe Japan aan zeven gouden medailles komt in Boedapest: de zelfstandigheid van de clubs en de concurrentie tussen de clubs, hoofdzakelijk universiteiten en politie. Die concurrentie maakt het voor de Japanse nationale coaches alleen maar gemakkelijker en ook resultaatrijker. Daarbij komt ook nog dat de Japanse nationale coaches nauw samenwerken met de universiteit- en politieclubs.)
Jonge coaches zijn nu niet meer bereid om ‘alles te geven’, ook omdat zij in een zeer vroeg stadium de judoka, die zij hebben opgeleid, moeten afstaan aan Papendal.
Naast de onvrede daarover is ook de concurrentie tussen de clubs teruggebracht naar ‘kinderniveau’ en daardoor verkeert het Nederlandse judo nu in dezelfde omstandigheden als het huidige voetbal. En evenals in voetbal zal er opnieuw moeten worden opgebouwd.
Kritiek is goed en oplossingen zijn beter.
Dus een gedeelte van de oplossing:
Daar ik lange tijd niet meer in Nederland mocht werken, weet ik niet in hoeverre de nieuwe judocoaches nog gemotiveerd zijn om ‘alles te geven’. Als de wil om ‘alles te geven’ er nog is dan is er hoop. (Als men wil weten waar men hoop vandaan haalt, lees dan het boek HOOP van Roland van der Vorst, ISBN 9789046806876.)
Het zullen de nieuwe judocoaches moeten zijn, die hoop omzetten in nieuw leven in de Judo Bond Nederland.
Willem Visser
www.willemvissercoaching.eu
Topsport was en is mijn leven. Het bracht mij in situaties die ik nooit voor mogelijk heb gehouden. Wie had ooit kunnen bedenken dat ik als Georgische op de bergtoppen van Bakuriani (in Georgië) zou trainen? En dat ik mij daar als enige vrouw staande moest houden in een herenteam? Alles voor dat ultieme doel waar ik me op bleef focussen. En wie had gedacht dat ik via deze weg mijn droom verwezenlijkte en in Rio de Olympische mat mocht betreden?
Ik heb daardoor competenties ontwikkeld waar ik de rest van mijn leven profijt van heb. Maar nu ik langzamerhand naar het einde van mijn carrière ga, geeft mij dit ook een flinke uitdaging. Want wie ben ik eigenlijk zonder topsport? Wat kan ik en belangrijker nog: Wat wil ik? Waar ga ik me de komende jaren op focussen?
Een simpele google opdracht doet mij al snel beseffen, dat dit een veelbesproken en actueel thema is. Er komt een aantal artikelen langs over depressiviteit van gestopte topsporters. Het welbekende zwarte gat. Een artikel wat de spijker op zijn kop slaat, is van Claire Hanna, een (ex-) Canadese volleybalster:
https://mygameplan.ca/the-athlete-transition-struggling-with-identity-after-sport/
Maar is de struggle die Claire beschrijft nodig? Of kun je jezelf voorbereiden op de stap na je topsportcarrière? Vergeleken met haar heb ik een grote voorsprong. Ik heb naast mijn sport mijn studie communicatiewetenschappen kunnen afronden en jaren bij ING gewerkt. De start is er dus al. Ik ben bijgestaan door een carrièrecoach, loop mee bij organisaties, zoals @Fanbased, en praat met veel mensen uit het bedrijfsleven. En dan volgt hopelijk een nieuwe focus; mijn maatschappelijke carrière! Maar eerst nog even judoën…
Klik HIER voor een uitgebreid fotoverslag van het “Kiloknaller’-toernooi 2017 van Kenamju
We gebruiken onder andere analytische cookies om ons websiteverkeer geanonimiseerd te analyseren, zodat we functionaliteit en effectiviteit kunnen aanpassen.
Meer informatie over de verwerkte gegevens kunt u lezen in onze privacystatement.
[X] Ik ga akkoord met bovengenoemde privacy verklaring